Hieronder wordt ingegaan op de financiële positie van de provincie. Dit gebeurt aan de hand van een aantal financiële kengetallen, die tezamen een weerspiegeling vormen van hoe de provincie er de komende jaren in financiële zin voorstaat. Dit betreft de zogenaamde financiële kengetallen zoals die door het BBV worden voorgeschreven, aangevuld met informatie over het weerstandsvermogen.
Het BBV schrijft voor dat de kengetallen opgenomen en toegelicht moeten worden in de begroting en jaarrekening, maar geeft geen normen. Gemeenten en Rijk hebben wel afspraken gemaakt over zogenaamde signaleringswaarden, maar die gelden dus niet specifiek voor provincies.
PM: Toelichting op de kengetallen volgen nog.
Uitkomsten van de kengetallen
Jaarrekening 2018 | Jaarrekening 2019 | Bijgestelde Begroting 2019 | |
Netto schuldquote | 50,4% | 71,3% | 80,2% |
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | 49,8% | 70,1% | 80,0% |
Solvabiliteitsratio | 51,4% | 47,7% | 48,7% |
Grondexploitatie | 0,0% | 0,0% | 0,0% |
Structurele exploitatieruimte | 18,0% | 18,9% | 12,7% |
Belastingcapaciteit (tarief PZH t.o.v. gemiddelde) | 112,2% | 111,1% | 112,3% |
In de bijgestelde Begroting 2019 werd uitgegaan van een netto schuldquote van 80,2% en een solvabiliteitsratio van 48,7% eind 2019. In werkelijkheid zijn deze ratio’s op basis van de resultaten van deze jaarrekening iets lager uitgevallen: de netto schuldquote komt uit op 71,3 en de solvabiliteitsratio op 47,7%. Het verschil bij de netto schuldquote wordt veroorzaakt door een aantal kortlopende posten zoals een hoger tijdelijke kortlopend vreemd, lagere overlopende passiva, hogere baten en een hoger saldo schatkistbankieren. De vaste schulden zijn vrijwel conform de primaire begroting. De structurele exploitatieruimte komt uit op 18,9% ten opzichte van 12,7% bij de bijgestelde Begroting 2019 en 18,0% bij realisatie 2018.